“De identificatieplicht en het dwingend zich te laten fouilleren lost niets op”.
Identificatieplicht was een hobby van enkele Kamerleden, en ik weet niet meer wie het initiatief heeft genomen om de “identificatieplicht” in te voeren. Identificatieplicht is inmiddels een feit maar het heeft werkelijk niets opgelost. Dat er meer dan 10.000 bekeuringen zijn gemaakt is uitsluitend te danken in opdracht van de “belanghebbende”, aan de politiefunctionaris, om bekeuringen te kunnen uitschrijven. De reacties van het publiek zijn zeer negatief, zelfs een kind van 14 jaar moet zich kunnen identificeren. Deze absurditeit komt uit de denkkoker van “machtsdenkers” en deze niet begrijpen dat binnen een democratie dergelijk middelen een uitzondering moeten zijn.
Deze plicht doet me denken aan de Duitse bezetting van 1940 – 1945, waar een ieder een “Ausweis”, de kaart voor de legitimatie-plicht met zwarte stempels, bij zich moest dragen.
Dat nu in Nederland een dergelijke plicht is, om op ieder moment van de dag een ieder zich te moeten kunnen legitimeren aan de daarvoor aangewezen ambtenaar, is een ingreep in de levenssfeer van de burger, dat alleen voorkomt in dictaturen. Bij een ongeluk en/of een misdaad is die plicht allang aanwezig en daarop is niets af te dingen en is algemeen aanvaard.
De reden tot die plicht laat zich raden. Identificatie was bij buitenlanders, en vooral bij de immigranten, was kennelijk een probleem en “men” wilde weten met wie “we” te doen hadden. Dat betekende tevens dat de illegaal beter kan worden opgespoord, respectievelijk deze zich dan in een “onderscheidenlijke” positie bevindt. Dat neemt niet weg dat de plicht voor iedereen geldt en dat de zwakheid van de gewone burger, door onachtzaamheid en gewend aan zijn vrijheid, deze eens lekker te kunnen bekeuren want, de Staatskas moet gespekt worden. In ieder geval is het een machtsfactor van betekenis.
Nu een achttal jaren later wordt er in het geheel niet meer gecontroleerd op persoonlijke identificatie op straat. Er is evenwel ook nog de mogelijkheid tot fouilleren bijgekomen: zij het dat de controle meestal wordt gebruikt in aangewezen gebieden, zoals de uitgaansgebieden of gebieden die worden verdacht van criminaliteit. Het feit blijft dat de politie, het Openbaar Ministerie, er alweer een “handgreep” – het gereedschap- , zoals mr van de Camp van het CDA, dat noemde, er voor hen bij gekomen is. De burger wordt zodanig gecriminaliseerd dat agressie tegen de Hermandad inmiddels in gang is gezet: de agressie groeit. Dit wordt onderschat en dat is uiteindelijk een symptoom dat er bij het bestuur geen benul is van de menselijke natuur. Rationeel optreden is alleen zeker acceptabel als heel duidelijk de openbare orde ernstig wordt verstoord. De rellen in Rotterdam, in juli 2012, is daarvan een bewijs. De uitlaatklep van dwingelandij. Vernielzucht is natuurlijk uitermate afkeurenswaardig.
Ik heb de heer van de Camp het volgende geschreven:
Geachte heer van de Camp
“Het door U ingediende ontwerp van wet, hetwelk door de tweede kamer is aangenomen, inzake het fouilleren van burgers, blijkt nu misbruikt te worden door burgemeesters en in dank aanvaard door politie én justitie die nu hun stempel op de publieke vrijheden kunnen zetten.
Zoals U zelf heeft gezegd ( voor de televisie) dat dát niet de bedoeling is, om van deze wet te pas en te onpas gebruik te kunnen maken – het zou alleen gebruikt moeten( mogen) worden in / op die plaatsen van steden dewelke af en toe een volledige controle nodig hebben,- b.v. in zeer in aantal immigranten vertegenwoordigende stadsdelen . Behalve in grote steden, bv Rotterdam, blijkt nu dat zelfs een burgemeester uit een dorp het artikel ( uw ontwerp) te willen gebruiken.
Hier blijkt maar weer eens hoe grenzeloos naïef Kamerleden kunnen zijn, hoewel hun bedoelingen soms goed over komen. ( ook de Uwe), Uw inspanning was ten minste een initiatief om iets te doen, maar de realiteit is anders uitgepakt. U en de mee- stemmers in de kamer, die het mogelijk hebben gemaakt om het publiek te kunnen fouilleren, hebben er geen besef van wat politie en Justitie in werkelijkheid willen. Politie en Justitie – maar, vooral Politie ,– heeft duidelijk te kennen gegeven dat niemand meer om hen heen zou moeten kunnen –. Het (wetsartikel) is dus in feite een hulp tot consolidatie van werk en inkomen, bij Politie, én dat zij zich niet meer ondergeschikt wenste te plaatsen aan de grollen van politici, zoals dat in de afgelopen decennia het geval is geweest, en zo een volledige greep op het leven en welzijn van de burgers hebben. Ik noem deze maatregelen “het lopen in de schaduw van de Duitse Democratische Republiek”.
( Dictaturen hebben dat ook, zodat het maar een zeer kleine stap is, controle d.m.v. fouilleren, die betreffende controle het karakter te geven als uitvloeisel van een dictatuur. Bijvoorbeeld: Uw verontwaardiging die U had over de misbruik van het door U ingediende artikel(en) is al in feite een verontwaardiging over een “dictatoriaal” optreden, van Politie en /of justitie) U had het immers niet verwacht?”:aldus mijn schrijven aan mr van de Camp. Ook de naïviteit van v.d. Camp is dus grenzeloos. Uiteindelijk betaalt de burger de rekening in de vorm van repressie.”
In een roes van welvaart denken velen niet na over de maatschappelijk deformerende consequenties ter zake het wegwuiven en / of miskennen van natuurlijke regels zoals: het recht hebben “zelfstandig te zijn” en dat een ieder een verdedigende houding, het instinct tot zelfbehoud, van nature heeft. Zelfbehoud is een opeisbaar natuurlijk recht.
Indien economische wetten en / of overheidsmaatregelen een dergelijke recht, de menselijke natuur, niet respecteert, er onherroepelijk frustraties én psychische spanningen bij mensen zullen optreden die dat als een conflict bij leefgemeenschappen zullen worden ingebracht. Dit geldt eveneens indien verschillende culturen samen moeten leven waarbij er geen rekening wordt gehouden met demografische verhoudingen en bescherming van autochtone bevolking wordt verwaarloosd zoals dat door “positieve discriminatie” is versterkt. Die zogenaamde “positieve discriminatie” heeft ook niets opgelost en slechts mensen in functies gezet die daarvoor niet geschikt blijken te zijn.
“Antropogenetica” is voor velen een onbekend woord, en door het starre ontkennen van de betekenis door politici, worden harde natuurwetten overtreden. De gevolgen daarvan laten zich dagelijks zien. Afghanistan, Israël, Amerika en Afrika. Nu is Europa kennelijk aan de beurt. De aanslagen in de Verenigde staten, van 11 september 2001, hebben ons met deze harde waarheid duidelijk geconfronteerd. De domheid van politici is kennelijk grenzeloos. Identificatieplicht lost niets op en verhoogt slechts het niveau van de onleefbaarheid. De “status van het fatsoen wordt steeds meer uitgehold”. Het is nu al wettelijk mogelijk dat een bij een auto-ongeluk of ander (crimineel) evenement de verdachte de plicht heeft zich te identificeren. Na identificatieplicht is de stap naar een politiestaat is zo gemaakt waarin willekeur de samenleving totaal onleefbaar zal maken. Beter is het de bevolking weer bij alle gebeurtenissen te betrekken. De overheid heeft de laatste twee decennia alle verantwoordelijkheid en veiligheid naar zich toegetrokken. Prof. in ‘t Veld heeft daarvan ook reeds kond gedaan: hij concludeerde “dat dat niet goed is”.
Justitie en politie misbruiken art. 140 van het WvStr.( Verbod criminele organisatie) volgens wijlen Prof. Dr P. Fortuyn. Als dat juist is, legt dat een grote claim op het personeelsbestand waardoor er nimmer voldoende geüniformeerde politie op straat aanwezig kan zijn. Inlichtingendiensten, zoals de AIVD, hebben, m.i., een makkelijk bestaan. De gewone burger heeft geen idee van hun opsporings-methoden en afluisterpraktijken. Ik twijfel aan de mededelingen dat er een hoog in aantal criminele organisaties in Nederland zijn, die een gevaar voor de samenleving zouden kunnen betekenen. Het is ook mijns inziens gewoon kletskoek. Justitiële retoriek is het, meer niet.
In Amerika is er een identificatieplicht. En, volgens de schrijver én analyticus Prof dr. Edward Luttwack, is Amerika geen samenleving meer. Hij concludeerde zelfs dat de “toestand” in Amerika onhoudbaar is. Hij meent dus dat de samenleving in “ontbinding” is. Een duidelijke omschrijving. Als iets “onhoudbaar” is, dan is iedere vorm van controle niet meer mogelijk. Het heet dan in mij optiek gewoon chaos. In de Verenigde Staten van Amerika blijken nu al meer dan 106.000.000 mensen te zijn die onder het bestaansminimum leven: dat is ongeveer 33% van de inwoners…….. onvoorstelbaar.
Dat wij, Europeanen, ons moeten “spiegelen” aan de Amerikaanse samenleving, zou een absolute miskenning zijn van de Europese- geschiedenis en dier cultuur.
Wijlen de heer mr. H. A.F.M.O. van Mierlo, voormalig minister van buitenlandse zaken, en mede oprichter van D-66, verklaarde in het programma “Buitenhof” op zondag 2 december 2001: “Amerika is niet mijn samenleving”. Het is begrijpelijk dat hij zeer voorzichtig is met zijn uitspraak, maar het zal voor een goede luisteraar duidelijk zijn dat hij, van Mierlo als voormalig minister, met zijn ervaring op hoog niveau en “desondanks”, en mogelijk “dankzij” zijn ervaring als minister, tot die conclusie komt.
Amerika, het land van “de vrije- markteconomie”, de “dwingelandij” van de identificatieplicht en militaire hegemonie, is kennelijk niet in staat ook een sociaal beleid te voeren, waar blijkbaar alleen de “status van het geld” gewaardeerd wordt. Ook in Amerika heeft een “algemene identificatieplicht” niets opgelost. Evenzo in Nederland niet. De economische luchtballon is al in Amerika uiteengebarsten. De ballonnen van de redelijkheid, fatsoen en verantwoordelijkheid zijn aan het ploffen nu nog de kredietcrisis en de economische crisis zich duidelijk laat gelden en die crises zijn ontstaan door naïeve politici wier ambities de realiteit verre overschreeuwde. De burger is in het korset van de machtigen gedrongen waar fantasten, fanaten en bureaucraten aan de touwtjes trekken en die touwtjes worden steeds nauwer. Nu ook “Brussel”, het Europese parlement, meer macht wenst, zijn de rapen gaar. De burger wenst niet afhankelijkheid te zijn van een stel bureaucraten die ook nog eens een “buitenproportioneel” salaris ontvangen. Het Euro- experiment is en volledige mislukking en dat beseffen alleen de Eurocraten nog niet omdat hun ambitie megalomaan is en de realiteit verre overstijgt.
Ik hoop overigens dat de heer Wilders, PVV, de juiste politieke antidotum heeft, maar gezien zijn niet sterke diplomatieke reden, twijfel ik sterk aan een wijziging in de politieke realiteit, die overigens zeer dringend nodig is. Dat de PVV niet democratisch van opzet is, is toch een sterk punt van een voormalig lid van die partij, de Heer Hero Brinkman. Ook hij, Brinkman, zal merken dat in de politiek het genadebrood niet wordt uitgereikt, ook al heeft men het verdiend. ( Zie ook:” De Aporie van het Nederlands Politieke denken” en de “Fantasten in Functie”)
A.R. Girbes sr.
Odoorn